Plaveiselcelcarcinoom (SCC) is een veel voorkomende vorm van kanker bij kleine dieren, vooral bij honden en katten. Het is een kwaadaardige tumor die zijn oorsprong vindt in het plaveiselepitheel, de buitenste laag van de huid, en in de bekleding van de organen en holtes van het lichaam. Als huisdiereigenaar of veterinaire liefhebber is het begrijpen van de behandelingsopties die beschikbaar zijn voor SCC bij kleine dieren cruciaal voor het effectief beheersen van deze ziekte.

1. Chirurgische verwijdering:

Chirurgie is vaak de primaire behandeling voor plaveiselcelcarcinoom, vooral als de tumor gelokaliseerd is en niet is uitgezaaid. Het doel van de operatie is om het kankerweefsel volledig te verwijderen. In gevallen waarin SCC zich in de huid bevindt, is de chirurgische verwijdering relatief eenvoudig. Als de tumor zich echter in complexere gebieden bevindt, zoals de mond of in de buurt van de nagelbedden, kan de procedure een grotere uitdaging zijn. Postoperatieve histopathologie is essentieel om ervoor te zorgen dat de marges vrij zijn van kankercellen.

2. Radiotherapie:

Bestralingstherapie is een andere effectieve behandeling, vooral voor tumoren die moeilijk operatief te verwijderen zijn, zoals die in de mondholte. Het omvat het gebruik van energierijke stralen om kankercellen te vernietigen en tumoren te verkleinen. Deze therapie wordt vaak na een operatie gebruikt als de marges niet duidelijk zijn of als de kanker niet operabel is. Voor sommige huisdieren kan bestralingstherapie worden gebruikt als palliatieve behandeling om de symptomen te verlichten en de kwaliteit van leven te verbeteren.

3. Chemotherapie:

Chemotherapie wordt minder vaak gebruikt bij de behandeling van SCC bij kleine dieren vergeleken met andere soorten kanker, maar kan wel worden aanbevolen in gevallen waarin de kanker is uitgezaaid. Het gaat om het gebruik van medicijnen om kankercellen te doden of hun groei te vertragen. Chemotherapie kan oraal of via injecties worden toegediend en gaat vaak gepaard met bijwerkingen zoals misselijkheid, vermoeidheid en een verhoogde vatbaarheid voor infecties.

4. Cryochirurgie:

Voor kleinere of oppervlakkige SCC-laesies kan cryochirurgie een optie zijn. Deze behandeling omvat het gebruik van extreme kou (vloeibare stikstof) om abnormale cellen te bevriezen en te vernietigen. Het is minder invasief dan traditionele chirurgie en wordt meestal poliklinisch uitgevoerd.

5. Fotodynamische therapie (PDT):

PDT is een relatief nieuwe behandelingsoptie waarbij naast licht ook medicijnen worden gebruikt, bekend als fotosensibiliserende middelen, om kankercellen te doden. Het medicijn wordt geabsorbeerd door de kankercellen en produceert bij blootstelling aan een specifieke golflengte van licht een vorm van zuurstof die de cellen doodt.

6. Elektrochemotherapie:

Elektrochemotherapie combineert chemotherapie en elektrische pulsen om de opname van chemotherapeutische geneesmiddelen door de kankercellen te verbeteren. Deze behandeling wint aan belangstelling voor de behandeling van tumoren die moeilijk te behandelen zijn met conventionele methoden.

7. Palliatieve zorg:

In gevallen waarin de kanker te ver gevorderd is, of het dier geen goede kandidaat is voor agressieve behandelingen, wordt palliatieve zorg de focus. Dit omvat het beheersen van de symptomen en het handhaven van de kwaliteit van leven met medicijnen, voedingsondersteuning en pijnbestrijding.

De behandeling van plaveiselcelcarcinoom bij kleine dieren varieert afhankelijk van de locatie, de grootte en de algemene gezondheid van het dier. Vooruitgang in de diergeneeskunde heeft de effectiviteit van SCC-behandelingen aanzienlijk vergroot, wat hoop en betere resultaten biedt voor huisdieren bij wie deze aandoening is vastgesteld. Regelmatige controles en vroege detectie blijven van cruciaal belang voor het succesvol beheren en behandelen van SCC. Zoals altijd is overleg met een gekwalificeerde dierenarts-oncoloog van cruciaal belang om voor elk individueel geval de beste handelwijze te bepalen.

nl_NLNL

Pin het op Pinterest